Pensioenen worden geïndexeerd om de inflatie bij te houden. Door inflatie wordt alles duurder, waardoor je voor een bepaald bedrag niet meer dezelfde spullen kunt kopen en diensten kunt gebruiken als voorheen. Om dit tegen te gaan, worden zowel de AOW als veel pensioenen geïndexeerd. Ten minste, als de beleidsdekkingsgraad dat toestaat. En dit is zeker niet altijd het geval.
Nulrentes en hoge inflatie maken indexeren onmogelijk
Het Nederlandse pensioenstelsel is een van de beste stelsels ter wereld. Maar net als in veel andere landen staat het systeem onder druk. Lage rentes zorgen voor lage dekkingsgraden – pensioenfondsen kunnen niet zoveel geld meer verdienen met hun geld als eerst. Daarnaast zorgen de lage rentes er ook voor dat gepensioneerden ieder jaar aan koopkracht verliezen op hun spaargeld. Een hoge inflatie en lage spaarrentes maken indexatie nog belangrijker dan normaal.
Pensioenfondsen moeten om te kunnen indexeren echter voldoen aan bepaalde eisen die te maken hebben met de dekkingsgraad. De dekkingsgraad is de totale waarde van de beleggingen van het pensioenfonds gedeeld door de verplichtingen waartoe het fonds verplicht is.
Als de beleidsdekkingsgraad (het gemiddelde over de afgelopen twaalf maanden) onder de 105% ligt, mag een pensioenfonds de pensioenen niet indexeren. Onder een bepaalde kritische dekkingsgraad moeten de pensioenfondsen zelfs gaan korten. Van de vijf grootste pensioenfondsen, voldoet momenteel alleen het pensioenfonds bouwnijverheid aan deze eis en kan het met een gerust hart indexeren. Het grootste fonds, ABP, heeft al aangekondigd niet te gaan verhogen volgend jaar.
Hoeveel impact heeft niet indexeren op de koopkracht?
In de afgelopen jaren hebben gepensioneerden al flink in moeten leveren. De huidige dekkingsgraden van de pensioenfondsen en de rentevooruitzichten voor de komende jaren maken het aannemelijk dat de pensioenen in de komende jaren niet geïndexeerd gaan worden. Hieronder zie je hoeveel reële koopkracht er overblijft, van een pensioen van nu € 1500 en een spaarrekening met € 100.000 en een nulrente.
Koopkrachtverlies bij een inflatie van 2% | Pensioen | Spaargeld | Verlies in % |
2021 | € 1500 | € 100.000 | – |
2022 | € 1470 | € 98.039 | 1,97* |
2023 | € 1441 | € 96.117 | 3,88% |
2024 | € 1413 | € 94.232 | 5,77% |
2025 | € 1386 | € 92.385 | 7,62% |
2030 | € 1255 | € 83.676 | 16,32% |
2035 | € 1137 | € 75.787 | 24,21% |
Een blik op de bovenstaande tabel laat direct zien waarom veel pensioengerechtigden zich zorgen maken. Maar eigenlijk ook, waarom het voor iedereen belangrijk is om ook na te denken over een aanvullend pensioen. Zoals bijvoorbeeld een lijfrente of pensioensparen.
Jasper werkt als freelance financieel expert voor hoogstespaarrente.eu. Met een achtergrond in sociologie en filosofie is Jasper vooral geïnteresseerd in de mensen en het systeem achter geld. Door het delen van kennis en inzichten hoopt hij lezers te helpen slimme en verstandige keuzes te maken op het gebied van sparen en beleggen, belastingen en meer.