Liquiditeit

Hoogste spaarrente » Kennisbank » Liquiditeit

De liquiditeit is een kernbegrip in de economie. Bedrijven,en ook particulieren, kunnen liquide geld direct inzetten om aan bepaalde (lopende) verplichtingen te voldoen. Is een bedrijf of persoon niet meer liquide? Dan heeft dit serieuze gevolgen.

In dit artikel gaan we dieper in op de volgende vragen:

Omdat je waarschijnlijk benieuwd bent wat liquiditeit nu eigenlijk voor spaarders inhoudt, kijken we eerst kort naar het belang van liquiditeit voor spaarders en privé-investeerders.

Wat betekent liquiditeit voor particuliere investeerders?

Liquiditeit is een begrip waarmee uitgedrukt wordt hoe snel een investering in contant geld of een banktegoed gewisseld kan worden. Hoe sneller een investering ‘vloeibaar’ gemaakt kan worden, des te liquider is deze.

Om een voldoende grote buffer aan te houden voor onverwachte betalingsverplichtingen en vorderingen, is het altijd een goed idee om een deel van je vermogen in liquide investeringen te stoppen.

Geld op spaarrekeningen is liquide en daarnaast ook een veilige investering. In Nederland ontvang je vrijwel geen rente meer op spaarrekeningen, als je überhaupt al een rente ontvangt. Zelfs negatieve rentes zijn in opmars. Een goed en liquide alternatief voor sparen in Nederland, of bijvoorbeeld beleggen, is een spaarrekening in een ander EU-land.

In andere EU-landen ontvang je vaak nog een rente op je spaarrekening. Via een online spaarbemiddelaar zoals Raisin, kun je heel gemakkelijk geld opzijzetten. En je kunt direct weer bij je geld als je het nodig hebt.

Een andere liquide investering zijn aandelen aan de beurs. Je kunt aandelen snel weer verkopen en hiervoor contant geld of een banktegoed ontvangen. Ook obligaties die aan de beurs verhandeld worden zijn meestal liquide. De mate van liquiditeit van aandelen kan echter schommelen.

Liquiditeit in het bedrijfsleven

Liquiditeit is een financiële indicator in het bedrijfsleven. Hierbij gaat het om het vermogen en de bereidwilligheid van een bedrijf of andere organisatie om betalingsverplichtingen na te komen. Een bedrijf is liquide wanneer het bijvoorbeeld de lopende kosten kan dekken die in een gegeven financieel jaar gemaakt worden (denk aan lonen en huur).

De liquiditeit van een bedrijf is dus een essentiële voorwaarde voor het veiligstellen van de bedrijfsactiviteiten. Zodra een bedrijf hier niet meer toe in staat is, spreken we van verzuim. In het ergste geval leidt dit tot insolventie (faillissement). Daarom is het zorgen voor voldoende liquiditeit van zo’n groot belang.

Niveaus (graden) van liquiditeit

Er zijn verschillende niveaus van liquiditeit. Deze worden gebruikt om onderscheid te maken tussen de verschillende mogelijkheden om liquiditeit te verkrijgen. Deze formule wordt ook gebruikt om een indicator te bereken in de bedrijfswetenschappen, waarmee de controlling-afdeling van een bedrijf informatie levert over de betalingscapaciteiten van het bedrijf.

Op deze manier kunnen de financiële controleurs inschatten of toekomstige betaalproblemen te verwachten zijn. Zo kunnen drie verschillende liquiditeitsgraden  berekend worden.

Liquiditeit – eerste graad

Bij de eerstegraadsliquiditeit, ook wel de cash ratio genoemd, worden de liquide middelen  vergeleken met de passiva op korte termijn. Dit zijn meestal afbetalingen van leningen en verplichtingen uit leveringen en diensten. Liquide middelen zijn in dit voorbeeld onder andere waardepapieren, kassaldo’s, cheques en banktegoeden.

Op dit niveau wordt doorgaans geen rekening gehouden met vorderingen van het bedrijf. De liquiditeit eerste graad geeft dus aan in hoeverre het bedrijf aan de betalingsverplichtingen op de korte termijn kan voldoen, uitsluitend gebruikmakend van de liquide middelen.

Veelgebruikte streefwaarden voor de eerstegraadsliquiditeit vallen tussen de 10% en 30%. De liquiditeit eerste graad hoeft dus niet bij 100% te liggen, omdat vorderingen en voorraden ook nog gebruikt kunnen worden om verplichtingen op korte termijn te dekken.

Liquiditeit – tweede graad

De tweedegraadsliquiditeit wordt ook wel de quick ratio genoemd. Deze indicator geeft de verhouding aan tussen het geldvermogen (alle factoren van de liquiditeit eerste graad), verhandelbare effecten en vorderingen op de korte termijn en de passiva van een bedrijf op korte termijn.

Met de tweedegraadsliquiditeit kan dus berekend worden, of een bedrijf al zijn kortetermijnpassiva op kan vangen. Hierbij bedraagt de streefwaarde meer dan 100%, want dan is er genoeg geldvermogen om alle passiva op de korte termijn ook te kunnen dekken. 

Daarnaast blijven er reserves over. Bij een waarde onder de 100%, heeft het bedrijf te weinig vermogen op de korte termijn om alle passiva te dekken. Dit kan leiden tot knelpunten in de liquiditeit.

Liquiditeit – derde graad

Het derde liquideitsniveau, ook wel de current ratio genoemd, betreft de verhouding tussen de vlottende activa en de passiva op korte termijn. De vlottende activa omvatten de financiële activa, waardepapieren, vorderingen en andere middelen en voorraden. Zo kan berekend worden, hoe liquide een bedrijf op de lange termijn is.

Idealiter komt een bedrijf uit op een derdegraadsliquiditeit van net onder de 150%, om hiermee de verplichtingen op de korte termijn te kunnen dragen en voor het afbetalen van leningen niet terug te hoeven grijpen op het investeringsvermogen.

Liquiditeit berekenen

Hieronder vind je een paar formules om de verschillende graden van liquiditeit te berekenen:

Cash ratio berekenen (eerste graad): Alle geldreserves en effecten die snel contant gemaakt kunnen worden / totale passiva

Quick ratio berekenen (tweede graad): Alle geldreserves en alle effecten + kortetermijnsvorderingen / totale passiva

Current ratio (derde graad): alle activa / alle passiva

Dynamische en statische liquiditeit

De hierboven uitgelegde vormen van liquiditeit vallen allemaal onder zogenaamde statische liquiditeit. Waarom statisch? Omdat het een momentopname van de liquiditeitssituatie weergeeft. Met een statische liquiditeitsberekening kun je alleen zeggen hoe een situatie er op een gegeven moment uitziet.

Bij dynamische liquiditeit worden de verschillende geldstromen gedurende een langere periode meegenomen. Hiermee worden dus ontwikkelingen in de liquiditeit op de lange termijn geëvalueerd. Als een bedrijf ieder jaar meer geld uitgeeft of schulden maakt dan er geld of vorderingen binnenkomen, zijn later problemen te verwachten.

Wat gebeurt er bij een liquiditeitstekort?

Vaak treden liquiditeitstekorten plotseling op, vooral bij bedrijven die geen adequate liquiditeitsplanning doorgevoerd hebben. Naast een te lage ratio van eigenkapitaal is onvoldoende liquiditeit de meest voorkomende reden waarom bedrijven failliet gaan. 

Als een bedrijf niet meer liquide is, probeert het doorgaans enkel nog de meest belangrijke betalingsverplichtingen na te komen. 

Hierdoor kunnen lonen, bijvoorbeeld, niet meer tijdig betaald worden. De looptijden van kredieten worden niet meer behaald en omzetbelasting kan niet meer doorberekend worden. Dit zorgt er vervolgens voor dat de kredietwaardigheid steeds verder verslechtert, wat vervolgens ook de toekomstige liquiditeit van het bedrijf bedreigt en het begin is van illiquiditeit.

Wat gebeurt er bij te hoge liquiditeit?

Aan de andere kant van de medaille vinden we te hoge liquiditeit. Dit is niet per se problematisch, en zeker niet zo erg als een liquiditeitstekort. Desalniettemin kan te hoge liquiditeit er uiteindelijk voor zorgen dat een bedrijf minder winstgevend is.

Waarom? Wanneer een bedrijf zeer veel vermogen en betaalmiddelen vergaart maar weinig investeringen doet, kan het gemakkelijk voldoen aan de betalingsverplichtingen. Maar met dit geld kan het bedrijf geen winsten boeken en het vermogen neemt in waarde (koopkracht) af vanwege inflatie.

Liquiditeit – samengevat

Liquiditeit zorgt ervoor dat bedrijven en particulieren aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen. Er zijn drie niveaus van liquiditeit. Voor een bedrijf is gezonde liquiditeitsplanning belangrijk. Bij te weinig liquiditeit dreigt faillissement, bij een te hoge liquiditeit kan de winstgevendheid van een bedrijf bedreigd worden.